Home / Blog / Alternatieve woonvormen

Bouwen of renoveren: voor welke nieuwe woonvorm ga jij?

De tijd dat mensen een stuk grond kopen, er een huis opzetten en zich in hun cocon terugtrekken, is toch wel gedaan. Vandaag spelen zoveel verschillende factoren mee. Moeten we wel zo groot wonen? Is ons huis wel duurzaam genoeg? Willen we onze ouders in een rusthuis steken? Enter nieuwe woonvormen. Een kort overzicht.

Kangoeroewonen

Misschien wel de bekendste kangoeroewoning van ons land: die van het gezin van minister Hilde Crevits. Drie generaties in één woning. Ouders, kinderen en grootouders. Het grote voordeel? Je hebt elk je eigen plek, maar toch heb je gemeenschappelijke delen zoals een tuin of inkom. Echt ver van elkaar zit je dus nooit. En voor de oude dag is het een perfect alternatief voor een rusthuis.

Maar ook voor jonge gezinnen met kinderen is kangoeroewonen interessant. Er is bijvoorbeeld altijd een speelkameraadje in de buurt, maar je deelt ook de gemeenschappelijke kosten zoals elektriciteit of het onderhoud van de tuin.

Bekijk met je architect wat de opties zijn

Woningdelen

Nog een vorm van kangoeroewonen, is woningdelen. Deze huist wat in de kotsfeer en komt in principe vaker voor in de stad. Je koopt met verschillende mensen samen een huis – vaak panden die je alleen niet kan betalen – en richt er dan elk je eigen plek in. Denk bijvoorbeeld aan een herenhuis of een oude fabriek.

Pand gevonden voor verschillende gezinnen? Kom eens langs

Tiny houses

Eigenlijk komt dit fenomeen uit Amerika. Na de bankencrisis van 2008 zocht de Tiny House Movement een oplossing om wonen betaalbaar te houden. En dus gingen mensen letterlijk in kleinere huizen gaan wonen.

In ons land zijn ze vooral gekend als een voorbeeld van duurzaam wonen. Een beperkte oppervlakte, vaak in het groen en zelfvoorzienend in elektriciteit en water. Een bewijs dat het ook met minder kan. Al test je dat het best op voorhand eens uit. Want hoe kleiner je woont, hoe dichter je op elkaars lip zit.

Containerwonen

Nog een voorbeeld van een tiny house: wonen in een container. De enige beperking is de vaste vorm, maar voor de rest kan je er zonnepanelen, vloerverwarming, ventilatie en een warmtepomp insteken. En als je enkele containers combineert – zoals Ark Shelter, StiDO en DS Units doen – ziet het er nog geweldig uit ook.

Cohousing

De uitgebreide vorm van woningdelen. Een beetje een dorp in een dorp. Hier combineer je een hele reeks huizen bij elkaar. Elk een eigen tuintje, maar er is ook een grote gedeelde speeltuin en een gebouw waar iedereen kan koken, eten, wassen of gewoon relaxen.

Het leuke is ook dat je een gezonde mix hebt van koppels, singles en ouderen. Je deelt dus niet alleen materiële zaken, maar ook tijd. De ouderen passen op de kinderen, in ruil klussen de jongeren.

Flexwonen

Een hippe term, maar wel eentje die ertoe doet: bij flexwonen denk je verder dan vandaag. Bouw je een flexwoning, dan zorg je dat die kan meegroeien op het ritme van je leven. Denk aan modulaire ruimtes waarmee je een woning kan vergroten – als je kinderen krijgt – of verkleinen – als je kinderen het huis uit zijn.

Flexwonen? A-projects maakt je woning modulair